PDF Tekstversie

Deze versie kan je ook als PDF downloaden en opslaan op je computer en natuurlijk kan je hem dan ook afdrukken.


Woord van leven

Maart 2024

“Schep in mij een zuiver hart, mijn God, geef mij weer een vastberaden geest.” (Psalm 51, 12)

De zin uit de Schrift die ons in deze vastentijd wordt voorgesteld, is een stukje van Psalm 51. Daar vind je dit smeekgebed aan God gericht, aangrijpend en nederig: “Schep in mij een zuiver hart, mijn God, geef mij weer een vastberaden geest.” De psalm is in de monastieke en artistieke traditie bekend als het “Miserere“. Daarin verkent de auteur de verborgen hoeken van de menselijke ziel om de diepste gemoedsbewegingen te leren kennen: dat we helemaal tekortschieten tegenover God en dat we tegelijkertijd een onverzadigbaar verlangen hebben naar volkomen gemeenschap met God. Van Hem komt immers alle genade en barmhartigheid. 

“Schep in mij een zuiver hart, mijn God, geef mij weer een vastberaden geest.”

De psalm is gebaseerd op een bekende episode uit het leven van David. David is door God geroepen om voor het volk Israël te zorgen en het te leiden op de weg van gehoorzaamheid aan het Verbond. Maar hij overtreedt zelf de hem gegeven opdracht en zending: nadat hij overspel heeft gepleegd met Batseba, zorgt hij ervoor dat haar man Uria de Hethiet, een officier van zijn leger, sneuvelt in de strijd. De profeet Nathan confronteert hem met de ernst van die feiten en met zijn schuld en helpt hem die te erkennen. Dat is het moment van het toegeven en uitspreken van zijn eigen zonden en van de verzoening met God.

De psalmist legt zeer krachtige smeekgebeden op de lippen van de koning. Die wellen op uit de diepte van zijn berouw en uit het volledig vertrouwen in de goddelijke vergeving: “was mij”, “reinig mij”. In dit vers 12 gebruikt hij het werkwoord “scheppen” om aan te geven dat alleen God een mens volkomen kan bevrijden van zijn zwakheden. Alleen God kan van ons nieuwe schepselen, nieuwe mensen maken, met een “zuiver hart”. Alleen God kan ons vervullen met zijn leven gevende geest, alleen God kan ons de ware vreugde geven en onze relatie met Hem zelf, met andere levende wezens, met de natuur en de kosmos radicaal omvormen (“een vastberaden geest”).

“Schep in mij een zuiver hart, mijn God, geef mij weer een vastberaden geest.”

Hoe kunnen we dit Woord van leven in praktijk brengen? De eerste stap zal zijn te erkennen dat we zondaars zijn die Gods vergeving nodig hebben, vanuit een houding van onbegrensd vertrouwen in Hem.

Soms worden we ontmoedigd door de fouten die we telkens weer blijven maken. Het gevolg is dan dat we ons in onszelf opsluiten. Daarom moeten we de deur van ons hart op een kiertje laten staan, toch een heel klein beetje. In het begin van de jaren ‘40 schreef Chiara Lubich aan iemand die er maar niet in slaagde verder te kijken dan zijn eigen ellende: “Je moet één gedachte voor ogen houden en elke andere gedachte uit je innerlijk verbannen. Je moet geloven dat Jezus tot ons wordt aange­trokken wanneer wij nederig, in vertrouwen en liefdevol onze zonden toegeven en uitspreken. Wat ons betreft, wij beleven alleen maar ellende en geven alleen maar ellende. Hij neemt, wat Hem betreft, voor ons maar één houding aan: barmhartigheid. Wij kunnen innerlijk alleen met Hem worden verenigd als we Hem als geschenk, als enig geschenk niet onze deugden aanbieden, maar onze zonden! Als Jezus naar de aarde is gekomen, als Hij mens is geworden, als Hij naar iets verlangt, dan is het alleen hiernaar: Redder te zijn. Arts of geneesheer te zijn! Hij verlangt niets anders.”[1]

“Schep in mij een zuiver hart, mijn God, geef mij weer een vastberaden geest.”

En als we eenmaal vergeving hebben ontvangen en zijn bevrijd, kunnen we onze medemens, om het even om wie het gaat, concreet liefhebben. Daarbij steunen we op de hulp van onze broers en zusters, omdat de kracht van de christen uit de gemeenschap komt. “Wat van ons wordt gevraagd, is deze liefde voor elkaar, de liefde van hulp die je geeft, van begrip dat je toont, van delen in het verdriet, de zorgen en de vreugde van onze broers en zusters; die liefde die alles bedekt, alles vergeeft en die typisch is voor een christen.”[2] Paus Franciscus zegt daarover: “Gods vergeving is het grootste teken van zijn barmhartigheid. Het is een geschenk dat elke persoon aan wie vergeving is geschonken, geroepen is te delen met elke broer en zuster die hij ontmoet. Allen die de Heer naast ons heeft geplaatst: familieleden, vrienden, collega’s, parochianen… allemaal hebben ze net als wij Gods barmhartigheid nodig. Het is mooi om vergeving te ontvangen, maar als je vergeven wilt worden, vergeef zelf dan ook. Vergeef, om getuige te zijn van Gods vergeving, die het hart zuivert en het leven nieuw maakt.”[3]

door Augusto Reyes en het Woord van leven-team


[1] Chiara Lubich, Brieven 1943-1960, Rome 2022, blz. 350. 

[2] Chiara Lubich, Woord van leven van mei 2002,

[3] Paus Franciscus, Algemene audiëntie, Barmhartigheid wist de zonde uit, 30 maart 2016.